Vorige week gaven BKN en KringCoop hun input voor het Circulair Textiel Beleidsprogramma 2025-2030. Onze inzending bevat een positieve noot inclusief felicitaties. Er is aandacht voor de juiste onderwerpen met een scherpe nadruk op het tegengaan van overconsumptie. Toch ontbreken er nog een aantal zaken, met name rondom de verbinding sociaal-circulair en extra financiële prikkels. Hoe daar op in te spelen lees je in de volledige reactie hieronder.
Allereerst feliciteren de Branchevereniging Kringloop Nederland (BKN) en Kringcoop het ministerie met dit conceptbeleidsprogramma, waarin een mooie toekomstvisie wordt beschreven, inclusief aandacht voor hergebruik en reparatie. Belangrijke nieuwe beleidskeuzes worden geïntroduceerd. Deze beleidskeuzes laten zien dat de overheid keuzes durft te maken en de weg naar een circulaire economie serieus neemt.
Wij onderschrijven de 4 hoofdstrategieën: verminderen en substitutie van grondstoffen, levensduurverlenging en hoogwaardige verwerking. Wij zijn erg te spreken over de focus op het tegengaan van (over)consumptie en alle maatregelen die in dat kader worden voorgesteld. Deze focus is nieuw en essentieel om echte systeemverandering op gang te brengen op weg naar een circulaire maatschappij. Voor textiel is ‘afzien van het kopen van kleding’ hierbij het meest belangrijk. Het is ook goed om te zien dat de verantwoordelijkheid daarbij, niet volledig bij de consument wordt gelegd, maar ook bij de producenten. Beleid hierop is broodnodig, omdat producenten van (wegwerp)mode zonder overheidsingrijpen nooit minder reclame zullen maken voor hun producten, laat staan dat ze hun productie uit zichzelf zullen verminderen.
Wel missen wij nog een aantal cruciale punten die essentieel zijn om een rechtvaardige circulaire textielketen in Nederland mogelijk te maken. Dit betreft voornamelijk de verbinding tussen sociale en circulaire doelstelling en extra financiële prikkels. Op deze punten zullen wij op de volgende pagina’s dieper ingaan.
Daarnaast zijn wij als BKN en Kringcoop belangrijke stakeholders bij de inrichting van de Uitgebreide Producentenverantwoordelijkheid (UPV) textiel en we zien de nodige verbeterpunten. Wij nemen daarom actief deel aan het doorontwikkeltraject van het brede UPV-instrumentarium. Wij zullen daar onze UPV textiel verbeterpunten neerleggen. Wij hopen wel dat de vezel-tot-vezel gerecyclede content in producten doelstelling die in het beleidsprogramma genoemd wordt zo snel mogelijk onderdeel kan worden van de UPV textiel doelstelling en dat daarmee niet gewacht wordt op het doorontwikkeltraject. Kortom, naast onze aandachtspunten zijn wij blij dat de overheid duidelijke keuzes durft te maken voor een circulaire toekomst en kijken uit naar de uitvoering.
Textiel gaat over veel landsgrenzen heen gaat, als eindproduct, maar ook als grondstof en in andere fases van het productieproces, is Europese wetgeving erg belangrijk. Nederland kan het niet alleen. We hopen dat Nederland aanjager blijft voor bindende Europese wetgevingen om de textielketen circulair te krijgen. Dit zal ook nodig zijn om de doelstellingen uit dit programma te realiseren.
Er wordt in het beleidsprogramma gekeken naar de sociale impact van de textielketen in het buitenland, maar niet in Nederland. Dit terwijl de verwerking van afgedankt textiel tot tweedehands textiel zeer veel hoogwaardige lokale arbeidsplekken oplevert voor mensen met een afstand tot de reguliere arbeidsmarkt. Textiel zorgt voor veel werkgelegenheid en helpt mensen uit sociaal isolement. Bij kringloopwinkels, maar ook andere dagbestedingstrajecten en reparatiewerkzaamheden.
Een circulaire economie vraagt om meer handen dan de lineaire economie; daarom hebben we alle handen nodig. De circulaire sector zorgt voor banen van de toekomst zoals in textiel reparatie en (voorbereiding voor) hergebruik. Mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt circulaire vaardigheden aanleren zorgt ervoor dat ze inzetbaar zijn in een toekomstbestendige, groeiende sector. Maar dit gaat niet vanzelf; hier is beleid voor nodig.
Het inzetten van deze mensen levert de maatschappij ook veel positieve effecten op. Uit recent onderzoek van Cedris blijkt bijvoorbeeld dat 40.000 mensen extra naar werk begeleiden de maatschappij 400 miljoen euro oplevert. Voor mensen geeft het meer bestaanszekerheid, hoger welzijn en meer geluk; voor de economie betekent het minder personeelstekorten en meer productiviteit; en voor de zorg betekent het minder zorgkosten, minder uitkeringen en armoederegelingen en meer veiligheid. Als BKN zien wij dat er bij het toewerken naar de circulaire doelstellingen nauwelijks rekening wordt gehouden met de sociale gevolgen die de maatregelen onbewust kunnen hebben.
Als de overheid echt naar brede welvaart toe wil werken, zoals voormalig staatsecretaris Heijnen (IenW) in juli 2023 stelde in haar brief over de voortgang van het Nationaal Milieuprogramma, kunnen we het ons niet permitteren om bedrijven de koers te laten bepalen van de circulaire economie. De overheid moet kaders stellen en over departementsmuren heen kijken. Het is daarom belangrijk dat iedereen die dat wil kan bijdragen aan de beweging naar een circulaire textielketen in Nederland.
De sociale en circulaire doelstellingen kunnen elkaar meer gaan versterken door afstemming hierover tussen de ministeries van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Denk aan:
Het financieel stelsel, waaronder het fiscaal stelsel zijn nu ingericht op de lineaire economie. Als we echt naar een circulaire economie willen, moet het financiële systeem zich daar ook op gaan richten. Dit kan het beste door True Pricing in te voeren, waarbij de maatschappelijke kosten worden doorberekend in de prijs van producten en diensten. Dit is ook een belangrijke voorwaarde om de circulaire businesscase rond te krijgen in het Nationale Programma Circulaire Economie van de Rijksoverheid. In het Beleidsprogramma circulair textiel zien we het echter nergens terug.
Wel zijn we erg blij om te zien dat het beprijzen van nieuw (virgin) materiaal een plek lijkt te krijgen in het nieuwe programma, bijvoorbeeld door de belastingverschuiving van arbeid naar grondstof. Wij zien dit als de belangrijkste manier om de circulaire transitie echt in gang te zetten. Ook de in het programma genoemde optie van een circulair fonds, dat reparatie en hergebruik stimuleert en wordt gevuld door een toeslag op lineaire producten, vinden wij een goed idee.
Kringlooporganisaties willen graag meer kleding repareren en op andere manieren meer voorbereiden voor hergebruik dan ze nu al doen, maar is nu niet altijd het geld voor. Door een btw-verlaging voor maatschappelijke kringlooporganisatie krijgen zij meer financiële ruimte om te repareren en upcyclen. De Europese Unie maakt zo’n verlaging mogelijk, en o.a. Duitsland, België, Oostenrijk en Frankrijk maken hier al gebruik van. De Koninklijke Nederlandse vereniging voor afval- en reinigingsdiensten (NVRD)en de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) roepen hier ook toe op. Wij zouden daarom graag zien dat onderzocht wordt wat de impact van een degelijke maatregel is op een meer circulaire textielketen, en dat bij een positieve conclusie de verlaging wordt doorgevoerd.
Wil je op de hoogte blijven van het laatste nieuws over de kringloopbranche van Nederland?
Meld je dan aan voor onze nieuwsbrief.
E ofni.[antispam].@kringloopnederland.nl
T 030 341 00 55
Bezoek- en postadres
2e Daalsedijk 6a
(UCo, Utrecht Community)
3551 EJ Utrecht
Wil je op de hoogte blijven van het laatste nieuws over de kringloopbranche van Nederland? Meld je aan voor onze nieuwsbrief.
©2023 Branchevereniging Kringloop Nederland
E ofni.[antispam].@kringloopnederland.nl
T 030 341 00 55
Bezoek- en postadres
2e Daalsedijk 6a
(UCo, Utrecht Community)
3551 EJ Utrecht
Wil je op de hoogte blijven van het laatste nieuws over de kringloopbranche van Nederland? Meld je aan voor onze nieuwsbrief.